Ik kwam bij Veerle terecht omdat ik helemaal leeg was. Helemaal op. Gewoon gecrasht. Ik had een burn-out en deed niets anders dan wenen. En dan komen die dingen van vroeger, van je rugzak, er ook bij.
Mijn huisarts had me psychotherapie aangeraden. Eerst wou ik dat niet. Ik dacht: “Waarom ik? Waarom gebeurt mij dat?” Maar eens die stap gezet, had ik er geen probleem mee. Ik had onmiddellijk een klik, alsof iemand je ligt of niet.
Als ik er nu op terugkijk, dan merk ik dat ik terug meer voor mezelf opkom. Dat ik me niet meer wegcijfer. Dat ik zeg wat op mijn tong ligt. In het begin nam ik nog antidepressiva. Dan was ik heel gesloten en vlak en zei ik ook niets. Wat er ook gebeurde, ik bleef toen heel kalm. Nu ben ik gestopt daarmee. Met alles wat je me hebt aangeraden om te doen en wat eruit gekomen is, voel ik me veel sterker. Ik zeg terug mijn eigen mening. Ik durf nee zeggen. Terwijl ik vroeger altijd ja zei.
Ik heb nooit een negatief gevoel gehad bij jou, want ik kon kwijt wat op mijn lever lag. En jij hebt me ook opdrachten gegeven, gestimuleerd om dingen te doen en ja, voor mij was dat positief. Maar ik heb nog altijd een hekel aan poetsen. Ik heb er echt een degout van gekregen. Ik doe dat wel, maar niet meer zoals vroeger. Poetsen is de oorzaak dat ik gecrasht ben. Het was te veel, ook het tempo.
En ook: vroeger was er mijn man. Nadien stond ik als vrouw alleen. Hoe moest ik dat allemaal alleen bekostigen en doen? Dat heeft ook meegespeeld. En dan kwam ik in relatie met iemand die ook een gever was en geen nemer. En het is in die combinatie dat ik gecrasht ben. Mijn lichaam zei: “Genoeg, tijd om te rusten.”
Je spontaniteit en openheid vind ik specifiek jij. Heel open, warm spontaan. Je behandelt de mensen niet als patiënt en als nummer. Ik merk dat aan hoe dat je omgaat met mensen en hoe je die aanspreekt. Jij oordeelt niet. Ik kan dat niet. Daarom had ik, denk ik, onmiddellijk een klik. Je helpt wel maar je laat de mens, mij toch, zijn wie je bent. Je probeert niet te sturen, je moet dit doen en dat. Ik was nog nooit bij een therapeut geweest dus ik wist niet hoe het werkt. Ik krijg tranen in mijn ogen, echt waar. Ik vond dat zo fijn, dat jaar.
Ik vond het ook fijn dat je tijdelijk aan huis kwam. En ik denk dat mensen die ouder zijn dan ik dat soms nodig hebben. Je moet daar wel eerlijk in zijn en het mag geen koffieklets worden. De laatste keer dat je geweest bent, voelde ik me al veel beter. Toen had ik het gevoel dat ik echt eens kon spreken met een soort vriendin. Dat ik echt alles op tafel kon leggen. Ik denk dat oudere mensen dat ook wel nodig hebben.
Als je echt met jezelf in de knoop zit, dan heb je wel nood aan een therapeut omdat je daar toch dingen tegen zegt die je niet zegt tegen een vriend of vriendin. Ik moet zeggen, mijn vriendin heeft me erdoor gesleurd toen mijn partner ervandoor ging. Maar er zijn toch dingen die ik haar nooit gezegd heb.
Als ik mensen zou doorsturen, zou ik hen zeggen dat ze gewoon kunnen vertellen wat op hun hart ligt. Dat je een warm persoon bent. Voor iemand die echt gewoon erdoor zit en nood heeft aan iemand die luistert en hem/haar helpt erdoor te komen.
L., 64, poetshulp